Ouder worden en werk
We leven in een tijd waarin de 50+ een herontdekking kent. Los van de commerciële interesse voor een doorgaans nog goed bij kas zittende groep, is er ook een revival voor deze groep ouderen en werk. Geïnspireerd door het boek “de 100 jarige man die uit het raam klom en verdween” van J. Jonasson , vertaal ik hieronder uit dit extreme voorbeeld de nieuwe cultuur van hoe we een manier van zelf bepaling vinden en ouder worden en werk zien.
Je wens is om weer terug in het arbeidsproces te komen. Je ontdekt dat het niet zomaar gaat. Neem het voorbeeld dat je op latere leeftijd pianist wilt worden. Je kunt dan je wens (pianist worden) niet altijd als wil promoveren. Zo is ook de wil om vrijheid in werk te hebben een breekbaar ideaal. Je zult er hard voor moeten werken. Zo geldt dat ook voor werk en de leeftijd 50+. Deze groep heeft deze dagen een agenda (namelijk een wens naar bevredigend werk) en groeit in kracht.
De groep van 50+ vraagt ook om een andere aanpak wat betreft leidinggeven en motiveren. Daarnaast heeft de 50+ groep een andere bestaansethiek waarin in de plaats van “willekeur”, een duidelijker agenda voor de tweede helft van het leven plaats krijgt.
Zeven kenmerken van een 50+ in werk (en leven) zijn:
1. Ze nemen meer afstand van zichzelf en zullen daarin minder directieven van “anderen” aannemen. Je zult ze anders overtuigen en motiveren.
2. Ze stellen hun “onteigeningen” vast. In dit continue proces van toe-eigeningen en onteigeningen zal de werkgever een vorm moeten vinden. Niet alles kan.
3. Ze eigenen zich het “zelf” meer toe, en articuleren meer en beter waar het ze om gaat. In hun relatie met werk en zichzelf geven ze helder betekenis aan de relatie werk/zelf
4. Ze kiezen voor een zinvolle oriëntatie; ze werken voor iets waar ze werkelijk in geloven
5. Ze ontdekken meer bindingen en engagement, waarmee ze meer oog krijgen voor de samenhang met anderen/collega’s
6. Ze zoeken naar meer samenhang in het leven en integreren werk en hun leven
7. Ze werken aan de “oefening van het sterven”, waarbij ze processen van werk zien als een “kunst” van het weer opnieuw beginnen.
Uiteindelijk zal de groep 50+ in de tweede fase van het leven, het lot mogen omhelzen. Dit is de dimensie van de
tragiek die we allemaal kennen als we ouder worden en werk minder of geen betekenis geeft aan deze fase. Dat neemt niet weg dat de zeven hierboven genoemde kenmerken onverminderd van toepassing blijven. Ook zonder werk als betekenis gevend instrument. Uiteindelijk zullen we allemaal overlijden, hoe hard we wellicht ook willen van niet.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!